Scheelzien en lui oog zijn neurovisuele ontwikkelingsstoornissen. De symptomen en functionele problemen van zulke neurologische aandoeningen verschillen van geval tot geval maar vertonen ook opvallende gelijkenissen. Om die reden zijn niet alle symptomen in onderstaande lijst op iedereen van toepassing. Maar iemand die scheel ziet en/of lui oog heeft, zal zich zeker herkennen in een subset van deze symptomen.
- Geen stereo- of dieptezicht
- Wazig, onstabiel zicht
- Vermoeide ogen / rode ogen
- Dubbel zien
- Een beperkt gezichtsveld / beperkt perifeer zicht / enkel met één oog zien of alterneren (afwisselen) tussen beide ogen
- Lichtgevoeligheid (fotofobie)
- Concentratieproblemen (ADD/ADHD-achtige symptomen)
- Lees- en leerproblemen
- Moeilijkheden bij het verwerken en onthouden van visuele informatie. Het normaal richten en bewegen van de ogen en het aanhouden van een stabiele blik zijn te vermoeiend om zich goed te kunnen concentreren op wat men ziet. Soms leidt het slecht uitgelijnd zijn van de ogen ook tot het zien van tegenstrijdige beelden en visuele verwarring.
- Het visuele crowding-effect (vervorming en samenklitten van letters of andere tekens tijdens het waarnemen) is, zeker bij kinderen, een vaak over het hoofd gezien en niet vastgesteld symptoom van lui oog.
- Onevenwichtige integratie van de zintuigen. Als het visuele zintuig niet optimaal functioneert, kan men overgevoelig worden voor geluid of aanraking. Het is belangrijk een onderscheid te maken tussen visuele ontwikkelingsstoornissen en autisme om optimaal te kunnen behandelen.
- Het aannemen van een abnormale lichaamshouding in de zoektocht naar visueel comfort en visuele stabiliteit. Soms kan een beperking in de oogbewegingen gecompenseerd worden door een abnormale hoofd- of lichaamshouding. De visuele beperking moet best zo snel mogelijk behandeld worden om chronische rug- of andere (pijn)klachten te voorkomen.
- Vaak tegen objecten en deurlijsten aanbotsen
- Onhandigheid / gebrekkige oog-handcoördinatie
- Problemen bij het rijden / navigatieproblemen / mobiliteitsproblemen
- Evenwichtsproblemen / duizeligheid
- Misselijkheid / wagen- en reisziekte
- Oververmoeidheid / Langzaam herstellen van vermoeidheid
- Hoofdpijn / kaakpijn / gezichtspijn door verkramping in een poging de ogen onder controle te houden en beter te zien.
- Veel van bovenstaande symptomen worden vaak niet in beschouwing genomen, of bestempeld als onbehandelbaar, als men het heeft over binoculaire ontwikkelingsstoornissen zoals scheelzien en lui oog. Toch kan een subset van die symptomen het deelnemen aan het academische, professionele en maatschappelijke leven ernstig verstoren. Die beperkingen kunnen gepaard gaan met emotionele en psychologische problemen zoals verminderd zelfvertrouwen, angststoornissen, depressie en zelfs zelfmoordgedachten.